Wat is vakintegratie?

Het leven of de wereld bestaat niet uit losse vakjes, maar vormt een geheel. Dat is ook het uitgangspunt bij vakintegratie. Vakintegratie is verdiepen en verrijken, waarin je meerdere schoolvakken met elkaar gaat combineren/integreren/verweven. We spreken van vakintegratie als afzonderlijke schoolvakken tot één leergebied worden samengevoegd. Niet aardrijkskunde of Nederlands staat centraal, maar een bepaald thema of vraagstuk waar leerlingen zich in gaan verdiepen. Je bent als leerkracht behalve kennisoverdrager ook begeleider en coach van hun leerproces. Je kunt vakintegratie toepassen op verschillende niveaus. Hoe hoger het niveau van vakintegratie, hoe zelfstandiger en creatiever de leerling moet zijn.

De voordelen en nadelen van vakintegratie

Voordelen:

Je werkt aan de 21e-eeuwse vaardigheden zoals probleemoplossend vermogen, creativiteit, kritisch denken, samenwerken en verbindingen leggen.
Leerlingen gaan de samenhang zien tussen verschillende vakken, tussen wat ze op school leren en in de wereld om hen heen zien. Zo snappen ze beter waarom ze bepaalde dingen moeten leren.
Vakintegratie zorgt voor intrinsieke motivatie en betrokkenheid, omdat de lesstof meer aansluit bij waar de leerlingen zelf mee bezig zijn en omdat ze hun eigen nieuwsgierigheid mogen volgen.
Als je leerlingen lesstof laat voelen en beleven, dan leren en onthouden ze het beter.
Vakintegratie prikkelt nieuwsgierigheid, verbeeldingskracht en creativiteit bij de leerlingen.
De leerling ontwikkelt een positievere houding doordat vakintegratie zoveel prikkelt.
Er is meer tijd voor natuurwetenschap en technologie, doordat je het combineert met de andere vakken.

Nadelen:

Een risico is dat nieuwe kennisconcepten niet volledig of binnen de verkeerde context worden aangeboden. Als je bijvoorbeeld het woestijnklimaat aanbiedt binnen een thema over Egypte. Een klimaat krijgt pas echt betekenis als je de andere verschillende klimaten en hun kenmerken kent. Met dit soort dingen moet je goed rekening houden als je begint aan vakintegratie.
De leerdoelen moeten de leerkracht eigen zijn, dit kost wat tijd. Echter, zodra je de leerdoelen eenmaal helder hebt, kun je goed aan de slag.
Er is extra training voor leerkrachten nodig die in bepaalde vakken niet goed genoeg thuis zijn om die te integreren met andere vakken. Zoals bijvoorbeeld cultuurvakken.
De onderwijsinspectie vraagt om toetsscores voor taal en rekenen. Dit kan lastig zijn als je vakoverstijgend werkt. Je kan hiervoor in de overgangsfase een aparte taal- en
rekeninstructie inplannen. Zo plan je bijvoorbeeld elke ochtend taal, rekenen en lezen en elke middag vakoverstijgend onderwijs (waarin taal en rekenen ook een plek hebben).